getopt - Online in de cloud

PROGRAMMA:

NAAM

getopt - parse-opdrachtopties (verbeterd)

KORTE INHOUD

opt optstring parameters
opt [opties] [--] optstring parameters
opt [Opties] -o|--opties optstring [opties] [--] parameters

PRODUCTBESCHRIJVING

opt wordt gebruikt om uit elkaar te gaan (ontleden) opties in opdrachtregels voor eenvoudig parseren door shell
procedures en om na te gaan of er juridische mogelijkheden zijn. Het maakt gebruik van de GNU opt(3) routines om te doen
deze.

De parameters opt waarmee wordt aangeroepen, kan in twee delen worden verdeeld: opties die wijzigen
zoals opt zal het parseren uitvoeren (de opties en optstring in de KORTE INHOUD), En
de parameters die moeten worden geparseerd (parameters in de KORTE INHOUD). Het tweede deel zal
begin bij de eerste niet-optieparameter die geen optieargument is, of na de eerste
het voorkomen van '--'. Als Nee '-o'of'--opties' optie is te vinden in het eerste deel, de
de eerste parameter van het tweede deel wordt gebruikt als de korte optiereeks.

Als de omgevingsvariabele GETOPT_COMPATIBEL is ingesteld, of als de eerste parameter is geen
optie (begint niet met een '-', het eerste formaat in de KORTE INHOUD), opt zal genereren
uitvoer die compatibel is met die van andere versies van opt(1). Dat zal nog steeds gebeuren
het shuffelen van parameters en het herkennen van optionele argumenten (zie sectie COMPATIBILITEIT meer
informatie).

Traditionele implementaties van opt(1) kunnen niet omgaan met witruimte en andere
(shell-specifieke) speciale tekens in argumenten en niet-optieparameters. Om dit op te lossen
Probleem: deze implementatie kan geciteerde output genereren die opnieuw moet worden gegenereerd
geïnterpreteerd door de shell (meestal door gebruik te maken van de eval commando). Dit heeft het effect van
met behoud van die karakters, maar je moet callen opt op een manier die niet meer bestaat
compatibel met andere versies (het tweede of derde formaat in de KORTE INHOUD). Om te bepalen
of deze verbeterde versie van opt(1) is geïnstalleerd, een speciale testoptie (-T) kan zijn
gebruikt.

OPTIES

-a, --alternatief
Sta toe dat lange opties beginnen met een enkele '-'.

-h, --help
Helptekst weergeven en afsluiten. Er wordt geen andere uitvoer gegenereerd.

-l, --lange opties longopteert
De lange (meerdere tekens) opties moeten worden herkend. Er kan meer dan één optienaam zijn
in één keer worden opgegeven, door de namen te scheiden met komma's. Deze optie kan dat zijn
meer dan eens gegeven, de longopteert zijn cumulatief. Elke lange optienaam in
longopteert kan worden gevolgd door een dubbele punt om aan te geven dat er een vereist argument is, en
door twee dubbele punten om aan te geven dat het een optioneel argument heeft.

-n, --naam programmanaam
De naam die zal worden gebruikt door de opt(3) routines wanneer fouten worden gerapporteerd. Opmerking
dat fouten van opt(1) worden nog steeds gerapporteerd als afkomstig van getopt.

-o, --opties snelkoppelingen
De korte (één karakter) opties die moeten worden herkend. Als deze optie niet wordt gevonden,
de eerste parameter van opt dat begint niet met een '-' (en is geen optie
argument) wordt gebruikt als de korte optiereeks. Elk kort optieteken in
snelkoppelingen kan worden gevolgd door een dubbele punt om aan te geven dat er een vereist argument is, en
door twee dubbele punten om aan te geven dat het een optioneel argument heeft. Het eerste karakter van
shortopts kunnen zijn '+'of'-' om de manier waarop opties worden geparseerd en de uitvoer te beïnvloeden
gegenereerd (zie sectie SCANNEN MODES voor details).

-q, --stil
Schakel foutrapportage uit door opt(3).

-Q, --stille uitvoer
Genereer geen normale uitvoer. Fouten worden nog steeds gerapporteerd door opt(3), tenzij u
gebruik ook -q.

-s, --schelp schelp
Stel de conventies voor het citeren in op die van schelp. Indien de -s optie wordt niet gegeven, de BASH
conventies worden gebruikt. Geldige argumenten zijn momenteel 'sh''slaan','csh', en
'tcsh'.

-T, --toets
Test of jouw opt(1) is deze verbeterde versie of een oude versie. Dit genereert
geen uitvoer, en stelt de foutstatus in op 4. Andere implementaties van opt(1), en
deze versie als de omgevingsvariabele GETOPT_COMPATIBEL is ingesteld, zal terugkeren '--'
en foutstatus 0.

-u, --niet geciteerd
Citeer de uitvoer niet. Houd er rekening mee dat witruimte en speciaal (shell-afhankelijk)
karakters kunnen in deze modus grote schade aanrichten (net als bij andere opt(1)
implementaties).

-V, --versie
Versie-informatie weergeven en afsluiten. Er wordt geen andere uitvoer gegenereerd.

PARSEREN

Deze sectie specificeert het formaat van het tweede deel van de parameters van opt (De
parameters in de KORTE INHOUD). Het volgende gedeelte (OUTPUT) beschrijft de uitvoer die dat is
gegenereerd. Deze parameters waren doorgaans de parameters die een shell-functie werd aangeroepen
met. Er moet voor worden gezorgd dat elke parameter waarmee de shell-functie is aangeroepen, wordt gebruikt
komt overeen met precies één parameter in de parameterlijst van opt (Zie de Voorbeelden).
Alle parsering wordt gedaan door GNU opt(3) routines.

De parameters worden van links naar rechts geparseerd. Elke parameter wordt geclassificeerd als een short
optie, een lange optie, een argument voor een optie of een niet-optieparameter.

Een eenvoudige korte optie is een '-' gevolgd door een kort optieteken. Als de optie een
vereist argument, kan het direct na het optieteken worden geschreven of als het volgende
parameter (dwz gescheiden door witruimte op de opdrachtregel). Als de optie een
optioneel argument, het moet direct na het optieteken worden geschreven, indien aanwezig.

Het is mogelijk om meerdere korte opties op te geven na één '-', zolang alle (behalve
mogelijk de laatste) hebben geen vereiste of optionele argumenten.

Een lange optie begint normaal gesproken met '--' gevolgd door de lange optienaam. Als de optie
een vereist argument heeft, mag dit direct na de lange optienaam worden geschreven, gescheiden
door '=', of als het volgende argument (dwz gescheiden door witruimte op de opdrachtregel). Als
Als de optie een optioneel argument heeft, moet dit direct na de lange optie worden geschreven
naam, gescheiden door '=', indien aanwezig (als u de '=' maar er zit niets achter, dat is het
geïnterpreteerd alsof er geen argument aanwezig was; dit is een kleine bug, zie de BUGS). Lang
opties mogen worden afgekort, zolang de afkorting niet dubbelzinnig is.

Elke parameter die niet begint met een '-', en niet een vereist argument van een eerdere optie,
is een niet-optieparameter. Elke parameter na een '--'parameter wordt altijd geïnterpreteerd als
een niet-optieparameter. Als de omgevingsvariabele POSIXLY_CORRECT is ingesteld, of als de
korte optiereeks die begint met een '+', worden alle overige parameters geïnterpreteerd als
niet-optieparameters zodra de eerste niet-optieparameter wordt gevonden.

OUTPUT

Er wordt uitvoer gegenereerd voor elk element dat in de vorige sectie is beschreven. De uitvoer wordt gedaan in
dezelfde volgorde als de elementen zijn opgegeven in de invoer, behalve voor niet-opties
parameters. Uitvoer kan worden gedaan in verenigbaar (niet geciteerd) modus, of op een zodanige manier dat
witruimte en andere speciale tekens binnen argumenten en niet-optieparameters zijn dat wel
bewaard gebleven (zie CITAAT). Wanneer de uitvoer in het shellscript wordt verwerkt, zal dit lijken
samengesteld zijn uit afzonderlijke elementen die één voor één kunnen worden verwerkt (door gebruik te maken van de shift
commando in de meeste shell-talen). Dit is onvolmaakt in de niet-geciteerde modus, zoals elementen dat kunnen zijn
gesplitst op onverwachte plaatsen als ze witruimte of speciale tekens bevatten.

Als er problemen zijn bij het parseren van de parameters, bijvoorbeeld omdat er een vereist argument is
niet gevonden of een optie wordt niet herkend, er wordt een fout gerapporteerd op stderr, dat zal wel het geval zijn
geen uitvoer zijn voor het overtredende element, en er wordt een foutstatus die niet nul is geretourneerd.

Voor een korte optie, een enkele '-' en het optieteken worden gegenereerd als één parameter.
Als de optie een argument heeft, zal de volgende parameter dat argument zijn. Als de optie
neemt een optioneel argument, maar er is er geen gevonden, de volgende parameter wordt gegenereerd, maar
moet leeg zijn in de modus voor aanhalingstekens, maar in de modus zonder aanhalingstekens wordt geen tweede parameter gegenereerd
(compatibele) modus. Merk op dat veel andere opt(1) implementaties ondersteunen geen optionele
argumenten.

Als er meerdere korte opties zijn opgegeven na een enkele '-', ieder zal aanwezig zijn in de
uitvoer als een afzonderlijke parameter.

Voor een lange optie, '--' en de volledige optienaam worden gegenereerd als één parameter. Dit is
gedaan ongeacht of de optie is afgekort of gespecificeerd met een enkele '-' in de
invoer. Argumenten worden behandeld zoals bij korte opties.

Normaal gesproken wordt er geen uitvoer van niet-optieparameters gegenereerd totdat alle opties en hun
argumenten zijn gegenereerd. Dan '--' wordt gegenereerd als een enkele parameter, en daarna
de niet-optieparameters in de volgorde waarin ze zijn gevonden, elk als een afzonderlijke parameter.
Alleen als het eerste teken van de korte optiereeks een ' was-', niet-optieparameter
uitvoer wordt gegenereerd op de plaats waar deze in de invoer worden gevonden (dit wordt niet ondersteund als de
eerste formaat van de KORTE INHOUD is gebruikt; in dat geval zijn alle voorgaande exemplaren van '-'en
'+' worden genegeerd).

CITAAT

In de compatibele modus: spaties of 'speciale' tekens in argumenten of niet-opties
parameters worden niet correct verwerkt. Terwijl de uitvoer naar het shellscript wordt gevoerd, wordt de
script weet niet hoe het de uitvoer in afzonderlijke parameters moet opsplitsen. Naar
Om dit probleem te omzeilen, biedt deze implementatie citaten. Het idee is dat de output dat is
gegenereerd met aanhalingstekens rond elke parameter. Wanneer deze uitvoer opnieuw wordt toegevoerd aan de
shell (meestal door een shell eval commando), wordt het correct opgesplitst in afzonderlijke parameters.

Citeren is niet ingeschakeld als de omgevingsvariabele GETOPT_COMPATIBEL is ingesteld, als de eerste
vorm van de KORTE INHOUD wordt gebruikt, of als de optie '-u' is gevonden.

Verschillende shells gebruiken verschillende citatenconventies. U kunt gebruik maken van de '-s' optie om te selecteren
de schaal die u gebruikt. De volgende shells worden momenteel ondersteund: 'sh','slaan',
'cshEn 'tcsh'. Eigenlijk worden er maar twee ‘smaken’ onderscheiden: sh-achtig citeren
conventies en csh-achtige citatenconventies. De kans is groot dat als je een andere shell gebruikt
scripttaal kan een van deze smaken nog steeds worden gebruikt.

SCANNEN MODES

Het eerste teken van de korte optiereeks kan een ' zijn-' of een '+' om een ​​aan te geven
speciale scanmodus. Als het eerste belformulier in de KORTE INHOUD wordt gebruikt, dat zijn ze
buiten beschouwing gelaten; de omgevingsvariabele POSIXLY_CORRECT wordt echter nog onderzocht.

Als het eerste teken '+', of als de omgevingsvariabele POSIXLY_CORRECT is ingesteld,
het parseren stopt zodra de eerste niet-optieparameter (dat wil zeggen een parameter die dat niet doet).
beginnen met een '-') is gevonden dat dit geen optieargument is. De overige parameters zijn
allemaal geïnterpreteerd als niet-optieparameters.

Als het eerste teken een '-', worden niet-optieparameters uitgevoerd op de plaats waar
ze zijn gevonden; bij normaal gebruik worden ze allemaal verzameld aan het einde van de uitvoer na a
'--'-parameter is gegenereerd. Merk op dat dit '--' parameter wordt nog steeds gegenereerd, maar
het zal altijd de laatste parameter in deze modus zijn.

COMPATIBILITEIT

Deze versie van opt(1) is geschreven om zo compatibel mogelijk te zijn met andere versies.
Meestal kunt u ze gewoon vervangen door deze versie, zonder enige wijzigingen, en met
enkele voordelen.

Als het eerste teken van de eerste parameter van getopt geen ' is-', opt gaat in
compatibiliteitsmodus. Het zal zijn eerste parameter interpreteren als de reeks korte opties,
en alle andere argumenten worden ontleed. Het zal nog steeds parameter shuffling uitvoeren (dwz all
niet-optieparameters worden aan het einde uitgevoerd), tenzij de omgevingsvariabele
POSIXLY_CORRECT is ingesteld.

De omgevingsvariabele GETOPT_COMPATIBEL krachten opt in de compatibiliteitsmodus. Instelling
zowel deze omgevingsvariabele als POSIXLY_CORRECT biedt 100% compatibiliteit voor
'moeilijke' programma's. Meestal is echter geen van beide nodig.

In compatibiliteitsmodus leidt '-En '+' tekens in de korte optiesreeks zijn
buiten beschouwing gelaten.

RETURN CODES

opt geeft foutcode terug 0 voor succesvol parseren, 1 if opt(3) retourneert fouten, 2 als het
begrijpt zijn eigen parameters niet, 3 als er een interne fout optreedt, zoals onvoldoende geheugen,
en 4 als er mee wordt gebeld -T.

Voorbeelden

Voorbeeldscripts voor (ba)sh en (t)csh worden meegeleverd met de opt(1) distributie, en
worden optioneel ingebouwd /usr/delen/getopt/ or /usr/delen/doc/ in de util-linux
submap.

MILIEU

POSIXLY_CORRECT
Deze omgevingsvariabele wordt onderzocht door de opt(3) routines. Als dit is ingesteld,
het parseren stopt zodra er een parameter wordt gevonden die geen optie of een optie is
argument. Alle overige parameters worden ook geïnterpreteerd als niet-optieparameters,
ongeacht of ze beginnen met een '-'.

GETOPT_COMPATIBEL
Krachten opt om het eerste oproepformaat te gebruiken zoals gespecificeerd in de KORTE INHOUD.

Gebruik getopt online met behulp van onworks.net-services